Salderingsregeling
Nu een salderingsregeling voor zonnestroom. Vanaf 2021 een terugleververgoeding. Zo werkt het.
Het kabinet heeft aangekondigd dat de huidige salderingsregeling voor zonnepanelen gaat stoppen. Daarvoor in de plaats komt een nieuwe terugleververgoeding. De overgang was gepland vanaf 2020. Minister Wiebes heeft inmiddels aangegeven (sept.2018) dat de regeling niet op tijd klaar is. Salderen kan dus sowieso nog tot 2021.
Hieronder vind je meer nieuws over deze nieuwe terugleververgoeding en het verschil met de huidige salderingsregeling.
Om het verschil goed te snappen, eerst nog even informatie over hoe de prijs van elektriciteit is opgebouwd. Energiebedrijven zijn er vaak niet zo duidelijk over in hun afrekening, maar voor 1 kWh, de eenheid van elektriciteit, betaalt u gemiddeld € 0,2235.
De eigenlijke kostprijs van elektriciteit zoals u die van het energiebedrijf koopt is (in dit voorbeeld) slechts 4,5 eurocent/kWh. Daar komt energiebelasting en opslag duurzame energie (ODE) bij op. Over dit tussentotaal wordt BTW berekend en zo kom je op een totaalprijs van 22,35 eurocent/kWh, oftewel € 0,2235.
Wat is ook al weer de salderingsregeling?
Salderen betekent dat de stroom die je in een jaar tijd aan het net levert en de stroom die je in datzelfde jaar van het net afneemt, met elkaar worden verrekend.
Voor de stroom die je met je zonnepanelen maakt en die je niet meteen zelf verbruikt, maar aan het net terug levert, krijg je een vergoeding. Deze is gelijk aan de prijs die je zelf betaalt (inclusief belastingen). In bovengenoemd voorbeeld dus 22,35 eurocent/kWh.
Gebruikt je in een jaar meer elektriciteit dan u terug levert, dan betaal je dus uiteindelijk alleen voor het deel dat je meer afneemt. Wat je terug levert, wordt immers verrekend.
Als je evenveel aan het net levert als je afneemt, zijn de kosten voor de elektriciteit nul. Je betaalt nog wel kosten voor het netbeheer (vastrecht). En natuurlijk de kosten voor het gasverbruik.
Als je veel zonnepanelen hebt en/of heel zuinig bent met elektriciteit, kan het gebeuren dat je in een jaar meer ààn het net levert, dan je in datzelfde jaar afneemt. De vergoeding die je voor dit ‘overschot’ krijgt, is veel lager dan de 22,35 eurocent / kWh. Afhankelijk van het energiebedrijf is dat 4,5 – 12 eurocent/kWh. Veel energiebedrijven stellen bovendien ook nog eens een maximum aan wat je extra mag terug leveren.
Voorbeeld:
- Je hebt een zonnepanelen-installatie (op het zuiden) van 4.000 Wp
- De jaarlijkse opbrengst zal dan ongeveer 3.600 kWh zijn
- Je verbruikt overdag (op het moment dat de stroom wordt opgewekt) zo’n 1.440 kWh (40%).
Bijvoorbeeld voor de wasmachine, computer, koelkast, diepvries, etc. - De overige 2.160 kWh (3.600 – 1.440) heb je niet meteen nodig en gaan het elektriciteitsnet in.
- Stel je totale jaarverbruik is 3.500 kWh.
- Hiervan heb je 1.440 kWh van de eigen zonnestroom gebruikt. Dus op een ander moment, neemt je van het net nog eens 2.060 kWh af (3.500 – 1.440).
- Over het jaar bekeken, neem je van het net 2.060 kWh af en je levert 2.160 kWh aan het net. Je levert dus een overschot van 100 kWh. Voor 2.060 kWh krijg je de volledige vergoeding. Deze elektriciteit is dus gratis. Voor de 100 kWh die je meer hebt geleverd dan je hebt verbruikt, krijg je de lagere vergoeding: 100 * € 0,045 = €4,50 / jaar.
Bron: https://www.duurzaamthuistwente.nl
